- 1 bloemkool van 1,3 kg in roosjes (na het schoonmaken ca. 850 gr)
- 50 gr hazelnoten
- 1 snee extra knapperige toast, grof gehakt.
- 30 gr boter
- 30 gr tarwebloem
- 500 ml lauwe melk
- 1/4 ui gepeld
- 1 kruidnagel
- 1 laurierblad
- snufje witte peper
- snufje nootmuskaat
- 200 gr gruyère, geraspt.
Maak intussen de saus. Smelt de boter in een grote pan op matig vuur. Voeg d ebloem toe en klop flink tot een gladde roux ontstaat. Neem de pan van het vuur en laat hem 2 min. staan.
Voeg geleidelijk en onder geregeld kloppen de melk toe. Zet de pan weer op matig vuur, voeg de ui, de kruidnagel en laurierblad toe en laat onder geregeld roeren 10 min. zachtjes koken. Wordt de saus te dik, klop er dan nog wat melk door. Verwijder als de saus klaar is de ui, kruidnagel en laurierblad. Voeg zout, peper en nootmuskaat naar smaak toe. Laat de saus iets afkoelen.
Verwarm de oven voor op 180 C. Roer de kaas door de warme saus, maar bewaar een beetje voor over de gratin. Meng de bloemkoolroosjes door de saus en doe ze in ovenschaaltjes. Strooi de rest van de kaas erover en dan de hazelnoot en het toastkruim. Mak het gerecht 15 min. in de oven.
Verwarm de grill voor op de hoogste stand en zet het gerecht tot slot enkele minuten onder de hete grill, of tot het goudbruin is en borrelt.